Nog voor de coronacrisis, ging ik met mijn vrienden vanaf de lente op zondagmiddag wandelen in onze buurt. Om bij te praten, ontspannen en een gezellige middag te hebben. Intussen werden onze wandel-afspraakjes gecanceld, blijven we in ons kot en hopen we dat ons normale leven snel terugkeert. Ik hoop dat corona stopt met ons leven zo overhoop te halen. Laten we er samen voor zorgen dat we het aantal besmettingen snel kunnen beperken. Zo kunnen we deze lente ook nog genieten van een fijne zondag met vrienden. In deze blogpost neem ik je mee naar de polders en een spookdorp in Oost-Vlaanderen.
Een frisse neus op zondagmiddag
Het idee was al langer aan het rijpen. Na een werkweek even met de vrienden bekomen in de rust van de natuur. Zeker nu de lente er aan komt en we nood hebben aan een rustige, ontspannende middag.
In het WhatsApp-groepje met mijn vrienden gingen we op zondagochtend op zoek naar een leuke plek om te wandelen. Al enkele maanden praatten we om een bezoek te brengen aan het spookdorp Doel. Door onze drukke planning, slecht weer en andere oorzaken, stelden we dit altijd uit. Tot we net voor de coronacrisis toch een mogelijkheid zagen.
We gingen op Google aan de slag. Eerst passeerden er heel wat verschillende ideeën, tot we de knoop doorhakten en Matthias deze wandeling voorstelde. We trokken de wandelschoenen aan en reden richting het vertekpunt in the middle of nowhere.
Uitwaaien in de Prosperpolder
In een klein gehuchtje van Kieldrecht, een deelgemeente van Beveren-Waas parkeren we onze wagen.We nemen het plannetje in de hand en zoeken waar we heen moeten. Vanuit een gehucht waar de tijd lijkt stilgestaan te hebben, vertrekken we richting de polders.
De Prosperpolder ligt in het noorden van Beveren, dichtbij de Nederlandse grens. Al enkele jaren plant men om de polder om te vormen tot een natuurgebied. Zo wilt men de uitbreiding van de Antwerpse haven compenseren.
We zijn het gehucht nog niet uit of er komt al een hond op ons afgelopen. Gelukkig is Julie de diervriendelijkste van ons 4 en lijkt ze de hond meteen te kunnen bespelen. Ongevraagd steken we ons hoofd binnen in de stallen van een schapenboer. We spotten pasgeboren lammetjes, ik smelt. Wanneer we verder wandelen, wandelt de tot dan nog onbekende hond rustig met ons mee.
Lopen door polders, langs plassen en bemodderde paadjes. Het heeft de voorbije dagen goed geregend en dat merk je aan de ondergrond. Bizar hoe ontspannend het hier is in de natuur met in de verte de Antwerpse haven. Een enorm contrast. De hond loopt vooruit, wacht tot we zijn bijgelopen en vindt dan plots enkele vogels en konijnen interessanter. Het duurt lang voor we de hond bij ons krijgen. Tot Julie ontdekt dat de hond een naamkaartje heeft met een telefoonnummer op. Zo belt Jasper meteen naar het baasje van Chouk.
Aan het einde van de polders komt Chouks baasje, een boer met overal, de hond oppikken. Het was duidelijk niet de eerste keer dat Chouk een uitstapje ging maken.
Wandelen met en naar (een) Doel
Na onze wandeling door de polders stappen we verder richting Doel. Het dorp wordt ook wel eens ‘Den Doel’ genoemd. Zo werd het dorp door de uitbreidingsplannen voor de Antwerpse haven, bijna helemaal van de kaart geveegd. Er staan nog wel huizen, bijna alle inwoners zijn onteigend en hebben het dorp verlaten. De dag van vandaag wonen er nog een handvol mensen in Doel. Krakers zijn er niet meer, aangezien alle panden dichtgetimmerd werden met ijzeren platen.
Je wandelt door een spookdorp met een grimmige sfeer. Wat vroeger een thuis was van honderden gezinnen is nu veranderd in een dorp van leegstaande huizen, graffiti …

We wandelen verder, opnieuw richting de polders. We lopen langs de kerncentrale van Doel dat onderdeel is van Engie Electrabel, het bedrijf waar ik voor werk. Nog nooit eerder had ik de reactoren dichterbij gezien dan de grote rookpluimen die je vaak van kilometers ver ziet. Ook voor deze plek dreigt een sluiting. Er wordt verwacht dat energie op een andere manier moeten opgewekt worden dan met kernenergie.
Van industrie naar natuur

Langs het grote terrein van de kerncentrale, wandelen we verder richting de polders van het Waasland. Intussen zakt de zon al aardig en zijn we bijna 10 kilometer verder. Wanneer we een bankje zien staan, gaan we even zitten, zwijgen we en kijken we naar dit prachtige landschap. Ik vind het wonderlijk hoe zo’n natuurpracht zo dicht bij huis kan liggen. Ik vind het raar dat ik hier nog nooit eerder was komen wandelen. Maar hé, nu ken ik dit prachtige plekje en wil dat jij dit ook ontdekt. Geniet er even hard van als wij.
We komen terug bij de wagen en rijden met een frisse neus en een warm hartje huiswaarts. Het was alweer een schone middag en wandeling. Hopelijk kunnen we snel opnieuw op pad. Zo kunnen we jou nog meer mooie wandelingen aanraden.
Glenn
Volg mij op Facebook, Twitter en Instagram en mis niks van de Reistebrij-updates!